(NL) Nood aan een grensoverschrijdend kennisplatform mobiliteit
Zou iemand die niet vertrouwd is met de streek op het eerste gezicht vermoeden dat er een grens is tussen Hondschoote en Leisele? Hetzelfde vlakke land, dezelfde wind en dezelfde Vlaamse plaatsnamen. En toch, wie per bus of trein naar de andere kant wil reizen, zal snel beseffen dat er een grens is ...
Maar de grens is ook en vooral een barrière in onze kennis van het gebied. Zelfs de kennis van mobiliteitsspecialisten is over het algemeen beperkt tot het land waar zij werken en reikt niet verder dan de grens. Welke Franse deskundige kent het Vlaamse decreet ‘Basisbereikbaarheid’, wie kent in België het concept van een ‘Autorité Organisatrice de la Mobilité’? Tot overmaat van ramp zijn de beschikbare gegevens ofwel beperkt tot de grens ofwel moeilijk te vergelijken. De manier waarop het aantal treinreizigers wordt geteld, verschilt bijvoorbeeld sterk tussen Frankrijk en België.
Vandaar het nut om in het grensoverschrijdende Transmobil-project een overzicht te brengen van een overzicht te brengen van het mobiliteitsbeleid aan beide zijden van de grens, en vervolgens de beschikbare en bruikbare gegevens te presenteren in termen van grensoverschrijdende mobiliteit.
Daarom werd een werkgroep ‘grensoverschrijdende analyse’ opgericht om:
- De bestaande mobiliteitsgegevens te verzamelen, te delen en te gebruiken
- De kennis van het mobiliteitsaanbod in het grensoverschrijdende plattelandsgebied te verbeteren
- De kennis van mobiliteitspraktijken, -diensten en -behoeften aan weerszijden van de grens te verbeteren
Deze analyse zal worden gebruikt om grensoverschrijdende uitwisselingen tussen technici en politici te stimuleren, maar ook om de inwoners te informeren over en bewust te maken van mobiliteitspraktijken en -kwesties.
(FR) La nécessité d’un pôle transfrontalier sur la mobilité
Qui, pas familier avec la région, soupçonnerait à première vue la présence d’une frontière entre Hondschoote et Leisele? Le même plat pays, le même vent et les mêmes toponymes flamands. Et pourtant, qui veut se déplacer de l’autre côté en bus ou en train, se rendra vite compte de l’existence d’une frontière …
Mais la frontière est aussi et surtout une barrière dans nos connaissances. Même les connaissances des spécialistes de la mobilité se limitent généralement au pays dans lequel ils travaillent et ne vont pas au-delà de la frontière. Quel expert français est au courant du décret flamand « Basisbereikbaarheid », qui en Belgique connaît la notion d’Autorité organisatrice de la mobilité ? Et pour ne rien faciliter, les données disponibles sont soit limitées à la frontière, soit difficilement comparables. Par exemple, la manière de compter le nombre de voyageurs en train diffère fortement entre la France et la Belgique.
D’où l’utilité dans le projet transfrontalier qu’est Transmobil de donner un aperçu de la politique menée sur les deux versants, pour ensuite présenter les données disponibles et utiles en termes de mobilité trans-frontalière.
Un groupe de travail « analyse transfrontalière » a ainsi été constitué pour :
- Collecter, partager et exploiter les données existantes en matière de mobilité
- Améliorer la connaissance de l’offre de mobilité sur le territoire rural transfrontalier
- Améliorer la connaissance des pratiques, services et besoins de mobilité de part et d’autre de la frontière
Ce travail d’analyse permettra d’alimenter les échanges transfrontaliers entre techniciens et élus, mais également d’informer et de sensibiliser les citoyens sur les pratiques et enjeux de la mobilité.