De Moeren is een droogmakerij, gelegen aan de grens tussen België en Frankrijk. Het omvat de deelgemeente De Moeren van Veurne, de deelgemeente Les Moëres van Franse gemeente Gijvelde, en een klein gedeelte van Adinkerke.
Historisch
Drooggemaakte gronden en was cruciale locatie tussen verschillende rijken en landen doorheen de geschiedenis; Drooggemaakt tijdens en in verschillende fases.
Aan het einde van de middeleeuwen bestond het gebied van De Moeren uit een laaggelegen moeraslandschap met twee grote poelen, de Kleine en de Grote Moere.
Hoe het moeras is ontstaan, is onduidelijk: mogelijk is er in de middeleeuwen turf afgegraven, maar het kan zich ook op natuurlijke wijze gevormd hebben bij duindoorbraken. Begin 17e eeuw toonden de toenmalige heersers over de Zuidelijke Nederlanden, aartshertog Albrecht en aartshertogin Isabella, interesse in een mogelijke drooglegging van het gebied. Niet alleen zou de inpoldering een welkome uitbreiding van het landbouwareaal betekenen, ook stond het moeras negatief bekend als toevluchtsoord voor rovers en verdachten en als bron voor diverse ziekten. Al vanaf het begin van de zeventiende eeuw is er getracht De Moeren in te polderen; hoewel dat enkele malen gelukt is, werd het gebied later toch weer overstroomd. Pas in 1826 werd het definitief drooggelegd.
Visueel
Je hebt open zicht over de grote percelen, enkele verspreide hoeves van ver zichtbaar. Typisch is de omzoming door middel van loofbomen van de doorkruisende wegen. Heel kenmerkend is het kaarsrechte wegenpatroon en het vlakke en weidse uitzicht tot aan de horizon.
Er zijn zowel weide als akkerlanden te vinden, in een verhouding van ongeveer 20% - 80%. De landbouw speelt in de werkgelegenheid nog een belangrijke rol.
Ruimte en structuur
Je hebt de ringsloot en E40 als belangrijkste landschappelijke dragers, regelmatige wateringen zorgen voor geometrisch structuur. Het is een landbouwgebied dat door een raster van wegen sloten wordt ontsloten.
Geologie
Quartair
Holoceen
Zand en Klei
Fysisch
Dit gebied maakt deel van een droogmakerij, genaamd De Moeren. Deze droogmakerij ligt op een hoogte van ongeveer 0 meter. Het is een landbouwgebied dat door een raster van wegen en sloten wordt ontsloten.
Bodem
Het landschap is uitzonderlijk vlak en boomloos en bestaat uit een raster van kaarsrechte wegen en waterlopen, omringd door een ringvaart, waarop het water wordt uitgeslagen. Er zijn zowel weide- als akkerlanden te vinden, in een verhouding van ongeveer 20-80%. Om de polder droog te houden, wordt de waterhuishouding permanent geregeld met gemalen, die het water via vaarten op de Ringsloot spuien.
Landschappelijke entiteiten binnen deze landschappelijke systemen :
///
Les Moëres sont un polder situé à la frontière entre la Belgique et la France, qui couvre la commune déléguée de De Moeren de la commune de Furnes, la commune déléguée de Les Moëres de la commune française de Ghyvelde et une petite partie d'Adinkerke.
D'un point de vue historique
On trouve un habitat dispersé sur les zones poldérisées et les sols sont asséchés à l'aide d'un modèle régulier de digues et de canaux. Au fil des siècles, les terres sont gagnées sur le delta de l'Aa grâce à un système d'assèchement des marais. L'Aa, qui est au départ un large estuaire, est exposé à l'influence de la mer.
La zone est cependant asséchée par poldérisation, puis mise en culture au cours du Haut Moyen Âge. Aujourd'hui, l'ensemble du cours inférieur est canalisé et se jette dans le canal de Neufossé, qui relie l'Aa à la Lys, à Arques.
La liaison doit combler une dénivellation de 13 mètres. Au départ, on utilisait pour ce faire un complexe de 5 écluses, qui a été remplacé en 1887 par l'ascenseur à bateaux des Fontinettes. Celui-ci a été mis hors service en 1967 pour être à nouveau remplacé par un complexe d'écluses.
D'un point de vue visuel
On a une vue ouverte sur les grandes parcelles, et quelques fermes éparses sont visibles de loin. La plantation d'arbres à feuilles caduques le long des routes est typique. Tout comme le réseau de routes rectilignes et la vue plane et panoramique jusqu'à l'horizon, qui sont très caractéristiques.
On y trouve à la fois des prairies et des terres cultivées, selon une répartition d'environ 20 %-80 %. L'agriculture joue encore un rôle important pour l'emploi.
Espace et structure
On a le Ringsloot et l'E40 comme principaux supports paysagers, et des wateringues régulières apportent une structure géométrique. C'est une zone agricole qui est desservie par un réseau de routes et de fossés.
Géologie
Quaternaire
Holocène
Sable et argile
D'un point de vue physique
Cette zone fait partie d'un polder appelé Les Moëres. Ce polder se trouve à une hauteur d'environ 0 mètre. C'est une zone agricole qui est desservie par un réseau de routes et de fossés.
Sol
Le paysage est exceptionnellement plat et dépourvu d'arbres. Il se compose d'un réseau de routes et de cours d'eau rectilignes, entourés d'un canal circulaire dans lequel l'eau est déversée. On y trouve à la fois des prairies et des terres cultivées, selon une répartition d'environ 20 %-80 %. Pour maintenir l'assèchement du polder, l'équilibre hydrologique est régulé en permanence à l'aide de stations de pompage, qui rejettent l'eau dans le Ringsloot par le biais de canaux.
Entités paysagères dans ce système paysager :
Landschappelijke systemen /// Système paysager | B0400
Zoek hieronder het landschapseenheid waartoe het behoort en de kenmerken die deel uitmaken van dit landschapssysteem /// Retrouvez l'unité paysagère auquel elle appartient et les entités comprises dans ce système paysager ci-dessous
