Le tripoint Belgique-France-Luxembourg délimite les frontières entre les trois pays. Il se situe à la jonction des communes d’Aubange, en Belgique, de MontSaint-Martin en France et de Rodange au Luxembourg. Il est matérialisé par une borne frontière métallique d’environ un mètre de hauteur. Cette borne est la plus au sud des 507 bornes matérialisant la frontière entre la Belgique et le Luxembourg.
Pile à la frontière entre la commune française et belge, sur l’autoroute E411 rejoignant en France la N52, existait un complexe douanier qui était un point de contrôle d’entrée et de sortie des deux pays.
L’économie de cette région était tournée jusque dans les années 1980 vers la métallurgie et la sidérurgie. Après les crises économiques et avec l’arrêt de ces secteurs d’activités, les trois communes frontalières décidèrent dans les années 1990 de relancer l’économie via la création du Pôle Européen de Développement. Face au succès de ce dernier, il fut décidé de créer, à la fin des années 1990, l’agglomération transfrontalière du Pôle européen de développement qui regroupe vingt-cinq communes des trois pays. Aujourd’hui, cette « région » transfrontalière regroupe de nombreuses entreprises, commerces et sites culturels.
Le complexe douanier a quant à lui pris des airs d’aire de repos. À l’image de l’ancien poste de Rekkem-Ferrain, deux immenses parkings accueillent aujourd’hui poids-lourds et véhicules légers mais ici, les anciens bâtiments douaniers sont toujours debout et un hôtel continue son activité. Dans le sens France-Belgique, depuis le parking autoroutier, il est même possible d’accéder à la grande zone commerciale de Mont-Saint-Martin.
Het drielandenpunt België-Frankrijk-Luxemburg bepaalt de grenzen tussen de drie landen. Het is gelegen op de kruising van de gemeenten Aubange, in België, Mont-Saint-Martin in Frankrijk en Rodange in Luxemburg. Het wordt aangegeven door een metalen grenspaal van ongeveer een meter hoog. Deze markering is de meest zuidelijke van de 507 markeringen die de grens tussen België en Luxemburg markeren.
Precies op de grens tussen de Franse en Belgische gemeente, op de snelweg E411 die uitkomt op de N52 in Frankrijk, bestond een douanecomplex dat fungeerde als controlepost voor het betreden en verlaten van de twee landen.
De economie van deze regio was tot in de jaren ‘80 gericht op metallurgie en staal. Na de economische crisissen en met de stopzetting van deze bedrijfstakken, besloten de drie grenssteden in de jaren 1990 om de economie weer op gang te brengen via de oprichting van de Europese Ontwikkelingspool. Gezien het succes van de pool werd eind jaren negentig besloten om de grensoverschrijdende agglomeratie van de Europese Ontwikkelingspool te creëren die vijfentwintig gemeenten uit de drie landen verenigt. Tegenwoordig bundelt deze grensoverschrijdende ‘regio’ veel bedrijven, winkels en culturele bezienswaardigheden.
Het douanecomplex heeft de uitstraling van een rustplaats gekregen. Net als bij de voormalige post Rekkem-Ferrain zijn er nu twee enorme parkings, geschikt voor vrachtwagens en lichte voertuigen, maar hier staan de oude douanegebouwen nog steeds overeind en zet een hotel zijn activiteit voort. In de richting Frankrijk-België kan men vanaf de parking aan de snelweg zelfs het grote commerciële gebied van Mont-Saint-Martin bereiken.
