(Texte en néerlandais en-dessous)

Le 20 septembre dernier, une quarantaine de voisins français et flamands ont participé à une sortie transfrontalière pour apprendre comment une entreprise maraichère biologique, une ferme aux escargots et une forêt comestible s’investissent, chacune selon leur façon, dans la production alimentaire durable.

A Pitgam, le groupe a été accueilli par Jean-Luc Bardel et sa femme Véro qui sont des maraichers biologiques. Leur exploitation horticole fait partie du réseau des AMAP (associations pour le maintien d’une agriculture paysanne) qui soutient les paysans en créant un lien direct entre le paysan et le consommateur local. Le consommateur est assuré de son panier de légumes hebdomadaire et les revenus du paysan sont garantis. Cette façon de fonctionner permet aux fermes de plus petite taille de continuer d’exister. Les visiteurs ont découvert les avantages d’une localisation nord-sud ou ouest-est des tunnels, ce qu’on peut faire avec les pépins séchés des courges. Ils ont appris comment les eaux pluviales et de puits peuvent être captées et réutilisées. Ils ont découvert des modes de culture expérimentales, par exemple faire pousser des haricots sur les tiges de maïs.

A Looberghe, les voisins français et belges ont visité une ferme aux escargots située le long du canal de la Colme. Savez-vous que les escargots mâles deviennent des femelles après l’accouplement et pondent ? Que les escargots ont des tentacules ? Qu’ils ne voient pas plus qu’à 5 cm de longueur ? Et qu’on fait des produits de beauté de leur bave ? Cette ferme adhère à l’association ‘Le Savoir Vert’ qui fait connaître le monde agricole aux élèves et étudiants en organisant des visites dans les fermes. Il va sans dire que la visite s’est terminée avec une dégustation.

Après le déjeuner dans la salle Daniel Peene à Hondschoote, préparé et servi par Initiatives Rurales, la compagnie a traversé la frontière en direction de Houthulst pour découvrir les principes de base d’une forêt comestible. Vous pouvez faire pousser les mûres et les courges dans un saule. Pour les récolter, vous pouvez couper le saule d’une telle façon qu’il ne meurt pas. Dans la forêt comestible ‘de Woudezel’ à Houthulst, les arbres, les baies, les arbres fruitiers, les légumes et les plantes comestibles poussent tout confondu, là où ils prospèrent : à des endroits ensoleillés ou humides … La forêt comestible a une superficie de 6 ha et est composée de mares, espaces ouverts, zones de végétation dense et prairies à moutons, le tout en fonction de la végétation qui y poussent. Au Woudezel, vous pouvez acquérir des baies et des fruits mais aussi des arbres et des plantes. Il vous propose également toutes sortes d’ateliers, par exemple sur les plantes comestibles. Et bien évidemment, cet après-midi s’est achevé avec une part de gâteau aux baies et un verre de jus de baies.

Cette journée de découverte était la dernière d’une série de 5 journées ‘Villages des voisins – Dorpen bij buren’, organisée dans le cadre du projet Interreg V Partons 2.0. A chaque fois, nous avons observé d’un point de vue différent nos villages et ceux des voisins. La question commune des 5 journées était à chaque fois : ‘Comment pouvons-nous, en tant que voisins et habitants de la région frontalière, mieux vivre ensemble, dans notre quartier, dans notre village ? Et pour faire cela, pouvons-nous apprendre de nos voisins à l’autre côté de la frontière ?’ Les rencontres conviviales, organisées en collaboration avec Avansa Oostende-Westhoek et l’Office de Tourisme des Hauts de Flandre, soutenues par tous les partenaires du projet, étaient une par une des expériences enrichissantes. Une formule qui demande à être poursuivie.

Op 20 september trokken een 40-tal Franse en Vlaamse buren eropuit over de landsgrenzen heen om te weten te komen hoe een biologisch tuinbouwbedrijf, een escargotkwekerij en een voedselbos elk op hun manier instaan voor een duurzame voedselproductie.

In Pitgam werden ze verwelkomd door Jean-Luc Bardel en zijn vrouw Véro, die groenten kweken op biologische wijze. Hun tuinbouwbedrijf maakt deel uit van het netwerk van AMAP’s (associations pour le maintien d’une agriculture paysanne), dat Franse boeren ondersteunt door ze rechtstreeks in contact te brengen met de lokale consument. De consument is zeker van een wekelijkse groentenmand en de boer is zeker van zijn inkomsten. Zo kunnen kleinere agrarische bedrijven blijven bestaan. De bezoekers kwamen een en ander te weten over de voordelen van de noord-zuid of oost-westligging van de serres, over gedroogde pitten van courgettes, over het opvangen en hergebruiken van regen- en bronwater en over experimenteren met teeltmethodes, door bijvoorbeeld boontjes op maïsstengels te laten klimmen.

In Looberghe bezochten de Frans en Belgische buren een escargotkwekerij gelegen langs het canal de la Colme. Wist je dat mannetjesslakken na het paren vrouwelijk worden en eitjes leggen? En dat slakken tentakels hebben? Dat slakken 5 cm ver zien? En dat er ook verzorgingsproducten gemaakt worden van het slijm van de slakken? Deze kwekerij is aangesloten bij de vereniging ‘Le Savoir Vert’. Dit netwerk brengt kinderen en jongeren van de kleuterklas tot hogeschool naar duurzame landbouwbedrijven om hen te laten kennis maken met de agrarische sector. Uiteraard kon een proevertje hier achteraf niet ontbreken.

Na het middagmaal, dat door Initiatives Rurales werd bereid en geserveerd in de salle Daniel Peene in Hondschoote, stak het gezelschap de grens over richting Houthulst om de basisprincipes van een voedselbos te ontdekken. Zo kan je pompoenen en bramen ook in een wilg laten klimmen om die vervolgens in de oogsttijd op deskundige wijze neer te leggen zonder echt te kappen. Bij de Woudezel in Houthulst groeien bomen, bessen, fruitbomen, groenten en eetbare planten door elkaar daar waar ze het beste gedijen: op zonnige, windstille of vochtige plekken. De 6 hectare bos is opgedeeld in vijvergedeeltes, open ruimten, dicht begroeide voedselzones of schapenweides, naargelang de soort die er groeit. Naast de verkoop van bessen en vruchten, heeft de Woudezel bomen en planten voor in de tuin en kan je hier ook terecht voor workshops. Over eetbare planten bijvoorbeeld. En dus konden de buren meteen ook genieten van een stukje bessentaart en een glas bessensap.

Deze dag sloot een reeks af van 5 ontdekkingsdagen ‘Dorpen bij buren – Villages des voisins’ georganiseerd in het kader van het Interreg V project Partons 2.0. Telkens bekeken we onze eigen dorpen en die van de buren door een andere bril, maar met één gezamenlijke vraag: ‘Hoe kunnen wij, als buren en als inwoners van de grensstreek, ons steentje bijdragen aan een betere samenleving in onze eigen buurt of dorp? En kunnen we daarbij leren van onze buren aan de andere kant van de grens?’ De hartelijke ontmoetingen, georganiseerd in samenwerking met Avansa Oostende-Westhoek en het Office de Tourisme des Hauts de Flandre en met de steun van alle partners van het project, waren stuk voor stuk verrijkend. Een formule die vraagt om meer.